Water en de Romeinse limes
Nederland en waterwerken, dat gaat hand in hand. Maar niet iedereen weet dat het de Romeinen zijn die als eerste grondig ingrijpen in het waterlandschap van het huidige Nederland. Van havens tot het verleggen van de Rijn: de Romeinen zetten het water in Nederland graag naar hun hand.
Een van de eerste waterbouwkundige werken in het Nederlandse gebied dateert van kort voor het begin van de jaartelling. Drusus, adoptiefzoon en veldheer van keizer Augstus, laat door een strekdam (moles) meer water naar de noordwestelijke aftakking van de Rijn lopen om die beter bevaarbaar te maken voor de Romeinse vloot. Door het binnenland varen was immers veiliger en goedkoper dan het bezeilen van de Noordzee. Ook laat Drusus een waterweg aanleggen tussen de Rijn en het Flevomeer, de fossa Drusiana. Enkele decennia later legt ook veldheer Gnaeus Domotius Corbulo een kanaal aan om de Oude Rijn met de Maas te verbinden, de fossa Corbulonis.
Van deze waterwerken zijn vandaag de dag maar mondjesmaat sporen terug te vinden. Wat hier wél veelvuldig is teruggevonden zijn Romeinse schepen. Dankzij de drassige bodem rond het gebied van de limes zijn er veel, goed geconserveerde scheepswrakken gevonden in Nederland – meer dan waar ook ter wereld! In 1972 ontdekten archeologen – bij toeval – het wrak van een boomstamkano in Zwammerdam. Dat blijkt het begin van een reeks vondsten: in totaal worden hier zes schepen gevonden. En niet alleen kano's: sommige van de gevonden schepen zijn rond de 30 meter lang. Ook in De Meern, Woerden, Druten en Kerk-Avezaath ontdekte men schepen en recentelijk legde men er vijf bloot in een ontzandingsplas bij Dreumel. In totaal zijn er nu enkele tientallen opgegraven.
De scheepsvondsten geven veel waardevolle informatie over de Romeinen en de limes. Niet alleen de verschillen tussen de schepen zelf zijn leerzaam, maar ook de, soms in behoorlijk complete vorm, teruggevonden scheepsladingen zijn een bron van kennis over handelsroutes en het verloop van de limesgeschiedenis. Daarnaast worden er ook persoonlijke voorwerpen gevonden op de schepen, die zo een inzicht geven in het leven van de schippers. Zo zijn op het schip De Meern I zelfs de sandalen van vrouw en kind van de schipper teruggevonden.
De hoeveelheid aan ontdekking van Romeinse wateractiviteit maakt de limes in Nederland anders dan die in de andere landen. Niet alleen voor wetenschappers, maar ook voor het algemene publiek: de schepen zijn zichtbare en tastbare overblijfselen van de Romeinse tijd in Nederland. Hoewel, tastbaar: eenmaal opgegraven is het een flinke klus om zo'n scheepswrak in goede staat te houden. De meeste van de tentoongestelde schepen zijn dus replica's. Met als bijkomend voordeel dat het daarom op diverse plekken in het land mogelijk is om op die replica's mee te varen. Om dat op een schip van 2000 jaar oud te proberen, dat is waarschijnlijk niet zo'n goed idee...